In de civiele zaak eist de Californische overheid schadevergoedingen en boetes van de oliegiganten Shell, ExxonMobil, BP, ConocoPhillips en Chevron. Met het geld wil de staat de drastische klimaatverandering die het leven op aarde bedreigt tegengaan en eist van de milieuvernietigers dat ze de natuur voortaan beschermen. ,,Van extreme hitte tot watertekorten; het gevolg van de klimaatcrisis valt niet te ontkennen’’, aldus de procureur-generaal van Californië Rob Bonta. ,,Het wordt tijd dat ze gaan betalen voor de schade die ze hebben veroorzaakt.’’
De Amerikaanse staat Californië klaagt vijf mondiale olie- en gasbedrijven en het American Petroleum Institute (API) aan, omdat zij beweren dat zij het publiek decennialang hebben misleid over de gevolgen van de exploitatie en verbranding van fossiele brandstoffen op de klimaatverandering.
Degenen die over de kolen worden gesleept zijn de Amerikaanse top drie – ExxonMobil, Chevron en ConocoPhillips – Shell en BP uit Groot-Brittannië, en de API.
De civiele rechtszaak beweert dat olie- en gasbestuurders wisten dat afhankelijkheid van fossiele brandstoffen catastrofale gevolgen zou hebben, maar dat ze de informatie via desinformatie achterhielden.
Hun bedrog zou een vertraagde maatschappelijke reactie op de opwarming van de aarde hebben veroorzaakt, wat heeft geleid tot miljarden dollars aan schade veroorzaakt door rampen zoals droogte, bosbranden en stormen in Californië, aldus de juridische uitdaging.
De rechtszaak, die op 15 september bij het Superior Court in San Francisco werd aangespannen door de Californische procureur-generaal Rob Bonta, eist schadevergoeding van de olie-industrie om de kosten van de klimaatverandering te helpen betalen.
De eiser wil ook de oprichting van een bestrijdingsfonds om eventuele toekomstige schade veroorzaakt door klimaatgerelateerde rampen in de staat te betalen.
‘Waardeloze, gepolitiseerde rechtszaken’
“Deze voortdurende, gecoördineerde campagne om waardeloze, gepolitiseerde rechtszaken te voeren tegen een fundamentele Amerikaanse industrie en haar werknemers is niets meer dan een afleiding van belangrijke nationale gesprekken en een enorme verspilling van middelen voor de Californische belastingbetaler”, aldus Ryan Meyers, algemeen adviseur van de API. geciteerd door The New York Times.
“Het klimaatbeleid is aan het Congres om te debatteren en te beslissen, niet aan het rechtssysteem.”
De Financial Times meldde dat de juridische actie volgt op ingrijpende wetgeving die vorige week door de wetgevers van de staat Californië is aangenomen en die grote vervuilers voor het eerst zou dwingen de CO2-uitstoot die verband houdt met het aanbod en het gebruik van hun producten te berekenen en openbaar te maken.
“Al meer dan vijftig jaar liegt Big Oil tegen ons, waarbij ze het feit verdoezelen dat ze al lang weten hoe gevaarlijk de fossiele brandstoffen die ze produceren zijn voor onze planeet”, aldus de Californische gouverneur Gavin Newsom.
“De belastingbetalers in Californië zouden de rekening niet moeten betalen. Californië onderneemt actie om grote vervuilers ter verantwoording te roepen.”
Shell zei dat hoewel zij het erover eens was dat er nu actie moet worden ondernomen op het gebied van de klimaatverandering en zij de transitie naar een koolstofarmere toekomst volledig steunt, de kwestie niet in een rechtszaal mag worden behandeld.
“Slim beleid van de overheid en actie vanuit alle sectoren is de juiste manier om tot oplossingen te komen en vooruitgang te boeken”, citeerde de Financial Times de Britse supermajoor Shell.
De juridische klacht van Californië beweert dat wetenschappers uit de olie-industrie al in de jaren vijftig op de hoogte waren van de schadelijke gevolgen van het verbranden van fossiele brandstoffen en van de beperkte tijd waarin ze verzachtende maatregelen konden nemen.
Chevron zei in een verklaring dat klimaatverandering een mondiaal probleem is dat een gecoördineerde internationale reactie vereist en geen fragmentarische rechtszaken.
“Californië is lange tijd een toonaangevende promotor van de olie- en gasontwikkeling geweest. De lokale rechtbanken spelen geen constructieve of grondwettelijk toegestane rol bij het opstellen van het mondiale energiebeleid”, aldus de Amerikaanse supermajoor.