De recente Nederlandse verkiezingen waren een waarschuwingssignaal voor de regering van Mark Rutte. De verkiezingsuitslag was voor veel Nederlandse kiezers verbluffend, waarbij elk van de vier partijen in de regeringscoalitie slecht presteerde. De grootste winnaar bij de regionale verkiezingen was de nieuwe antiregeringsbeweging, bekend als BBB.
De opkomst van de BBB, ook wel Boer-Burgerbeweging genoemd, is een direct antwoord op de wijdverbreide boerenprotesten die in oktober 2019 in Nederland plaatsvonden.
De eerste keer dat ze bij een openbare verkiezing verschenen, was bij de algemene verkiezingen van 2021. De BBB-partij voerde campagne over kwesties die belangrijk waren voor kiezers op het platteland en in de landbouw. In hun manifest beloofden ze een nieuw ministerie voor het platteland op te richten, ver van Den Haag gevestigd, en het verbod op neonicotinoïden op te heffen .
Bij die verkiezingen was het resultaat niet sterk, met 1% van de stemmen. Ze wonnen echter één zetel voor een van de bedenkers van de partij, Caroline van der Plas. En zoals de geschiedenis van elke “underdog”-partij laat zien, gaf de slechte politiek en beleidsvorming van de regering hen de kans om te stoppen met alleen focussen op hun electorale niche en een nationale beweging te creëren.
Vorig jaar leidde het voorstel van premier Mark Rutte om de uitstoot van stikstofoxide met 50% te verminderen in het jaar 2030 opnieuw tot protesten . Dit keer was de boodschap van de overheid aan de boeren “verduurzaam, verhuis of sluit je bedrijf”. Het is niet verwonderlijk dat boeren in het land woedend reageerden door wegversperringen op te zetten met tractoren en mest naar overheidsgebouwen te gooien. De voorgestelde maatregelen zijn onzinnig en laten zien hoe de groene politiek los staat van de realiteit van de burger.
De boodschap van de resultaten van de Regionale Verkiezingen van dit jaar was duidelijk : de BBB behaalde 1.479.376 stemmen, meer dan de partij van Mark Rutte, waardoor het de grootste partij in de Eerste Kamer werd. Elke wet in Nederland vereist de goedkeuring van een meerderheid in beide kamers van het parlement, dus senaatsverkiezingen zijn van groot belang voor elke Nederlandse regering, vooral wanneer deze controversiële wetgeving wil aannemen. Met deze resultaten kan de groene agenda van Mark Rutte niet meer.
De Nederlandse verkiezingen hebben duidelijk gemaakt dat er behoefte is aan een meer evenwichtige en realistische benadering van groen beleid. Hoewel het verminderen van koolstofemissies en bescherming van het milieu belangrijke doelen zijn, is het van cruciaal belang dat beleidsmakers rekening houden met de impact van hun beleid op lokale gemeenschappen, met name die in plattelandsgebieden. De voorstellen van de regering om de veeteelt te beperken en boerderijen te sluiten zijn onrealistisch en houden geen rekening met de economische en sociale gevolgen voor boeren en hun families.
Nederland heeft van oudsher een sterke stem in het vormgeven van het milieubeleid van de EU, met name op het gebied van de landbouw. De recente verkiezingsuitslag kan aanzienlijke gevolgen hebben voor de algemene milieuagenda van de EU, met name op het gebied van landbouw en voedselproductie. Het succes van de BBB-beweging in Nederland zou een inspiratiebron kunnen zijn voor soortgelijke bewegingen in andere EU-landen, met belangrijke landbouwsectoren, zoals Frankrijk en Duitsland.
Er is een groeiende spanning tussen ‘groene beleidsmakers’ in Brussel en hardwerkende mensen op het terrein. De overwinning van de BBB-partij bij de regionale verkiezingen was een waarschuwing voor de Nederlandse regering dat haar groene beleid geen voeling heeft met de behoeften en zorgen van gewone burgers, en zou ook een waarschuwing moeten zijn voor de Europese Unie.
De Green Deal van de EU is een initiatief dat tot doel heeft de economie van het blok om te vormen tot een duurzame en koolstofarme economie. Om dit doel te bereiken zijn echter ingrijpende veranderingen nodig in veel sectoren van de economie, waaronder de landbouw. De EU moet een manier vinden om haar milieudoelstellingen in evenwicht te brengen met de behoeften en zorgen van haar burgers als ze haar visie van een koolstofneutrale toekomst wil verwezenlijken.