Hongarije zou kunnen mislukken met zijn laatste poging tot chatcontrole. De Nederlandse regering heeft zich vandaag tegen het voorstel van het Hongaarse voorzitterschap verzet door een onthouding aan te kondigen. Dit betekent dat de steun voor het surveillanceproject in de EU-Raad afneemt, waar de EU-landen het nog niet eens zijn geworden over een gemeenschappelijk standpunt: tot nu toe heeft de Nederlandse regering geen duidelijk standpunt ingenomen over chatcontrole.
De Raad onderhandelt over een geactualiseerde versie van het bekende voorstel van het Hongaarse voorzitterschap van de Raad, dat echter slechts kleine wijzigingen bevat. Dit staat morgen, woensdag, op de agenda van het Comité van Permanente Vertegenwoordigers van de EU-Raad (PDF) . Op 10 oktober komen de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken van de lidstaten bijeen en eigenlijk zou de regeling hier ook besproken moeten worden.
Het Nederlandse Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft vandaag ondubbelzinnig bekendgemaakt :
Er is op dit moment onvoldoende rekening gehouden met de zorgen van de regering over de bescherming van fundamentele grondrechten die op het spel staan, met name op het gebied van privacy en post- en telecommunicatiegeheim, en over de veiligheid van de digitale ruimte. Het kabinet heeft daarom besloten geen standpunt in te nemen en dit actief bekend te maken. Nederland wordt daarom gerekend tot de landen die de algemene aanpak niet steunen. [onze vertaling]
In de begeleidende brief van de Tweede Kamer (PDF) wijst Nederland erop dat het knelpunt end-to-end-encryptie is en “dat het opsporen van kinderpornografisch materiaal via client-side scanning een te groot veiligheidsrisico zou vormen voor de digitale weerbaarheid van Nederland”.
Met de positie van Nederland wiebelt de chatcontrole inmiddels weer. In het verleden had het voorzitterschap van de Raad de kwestie van de agenda gehaald toen er een blokkerende minderheid was. De chatbediening staat echter nog in het programma voor morgen .
Wat is chatcontrole?
De Europese Commissie wil actie ondernemen tegen seksueel geweld tegen kinderen met de zogenaamde CSA-verordening. Om dit te doen wil het een bevel uitvaardigen dat internetdiensten verplicht om automatisch de inhoud van hun gebruikers te doorzoeken op misdaden en deze bij vermoedens aan de autoriteiten te melden. Het EU-Parlement roept deze massale surveillance al bijna een jaar op en roept op om alleen niet-versleutelde inhoud van verdachten te scannen.
De EU-landen zijn er nog niet in geslaagd overeenstemming te bereiken over een gemeenschappelijk standpunt. Verschillende voorzitterschappen zijn er niet in geslaagd tot overeenstemming te komen. Nu probeert Hongarije, dat in de tweede helft van 2024 het voorzitterschap van de Raad zal bekleden, een poging. Meest recent werd gesuggereerd dat dienstverleners in eerste instantie alleen hoeven te zoeken naar bekende misdaden – dat wil zeggen naar afbeeldingen en video’s die al zijn opgemerkt. Nieuw materiaal en verzorging zouden pas later verplicht moeten worden, als de technologie goed genoeg is.
De fundamentele problemen van chatcontrole blijven bij dit voorstel bestaan: massale surveillance zonder aanleiding, valse vermoedens, het einde van betrouwbare encryptie en problemen met IT-beveiliging.
Scherpe kritiek vanuit de wetenschap
Het plan van de Europese Commissie krijgt daarom veel kritiek – en niet alleen door digitale organisaties en fundamentele rechtenorganisaties. Meer dan 300 wetenschappers van over de hele wereld waarschuwden onlangs voor de regelgeving, inclusief de Hongaarse versie.
Het Computer Science Research Center (FZI) , opgericht door het Ministerie van Economische Zaken van Baden-Württemberg en de Universiteit van Karlsruhe , heeft onlangs een standpunt ingenomen tegen chatcontrole (PDF) .
Chatcontrole zou zijn doel, namelijk het voorkomen en bestrijden van seksueel misbruik van kinderen, niet bereiken. “Er wordt een technische oplossing voorgesteld die momenteel niet bestaat, gebaseerd op de stand van de techniek.” In plaats daarvan zal chatcontrole de staatsveiligheidsautoriteiten in staat stellen in de toekomst massaal toezicht uit te voeren. Wanneer de chatcontrole van kracht wordt, zou er “een enorme inmenging in het fundamentele recht op veiligheid en vertrouwelijkheid van digitale communicatie van alle inwoners van de Europese Unie (EU)” plaatsvinden. “Dit zal een hoeksteen van onze democratische waardengemeenschap doen wankelen”, vervolgde de non-profit onderzoeksinstelling.
In de tekst van de FZI staat verder:
We zien momenteel geen mogelijkheid om chatcontrole op een technisch verantwoorde manier te implementeren die in overeenstemming is met de fundamentele rechten. In plaats daarvan zien wij dat er over de ontwerp-CSA-verordening wordt gestemd als een bedreiging voor de democratie en de persoonlijke vrijheid, doordat de fundamentele rechten worden verzwakt. Wij zijn ervan overtuigd dat de feitelijk gewenste effectievere bescherming van kinderen en jongeren als het verklaarde doel van chatcontrole niet zal worden bereikt.
De FZI eist daarom dat het fundamentele recht op veiligheid en vertrouwelijkheid van digitale communicatie behouden blijft – en dat de regeling niet in haar huidige vorm wordt aangenomen.
Correctienoot: Wij hebben duidelijker omschreven dat Nederland zich wil onthouden. Deze onthouding heeft echter het effect van een afwijzing in de EU-Raad en betekent dat de chatcontrole niet de nodige goedkeuring krijgt. In een eerdere versie van het artikel werd niet duidelijk genoeg gemaakt dat het om een onthouding ging.